Voor 4 personen. Bereidingstijd: 30 minuten
Ruim tien jaar geleden maakte ik voor het eerst Pasta Primavera uit het boek De maillardreactie van Sylvia
Witteman. Toen ik het gerecht op tafel zette, klonken er instemmende geluiden van de overkant van de tafel. Maar na een aantal keer ‘mmmhhh, lekker zeg’ uitgebracht te hebben, stopte mijn tafelgenoot ineens met eten en zei ontzet “Maar, maar, dit is … vegetarisch!”.
En inderdaad, in die tijd was vlees nog vrijwel altijd een gegeven in onze avondmaaltijd. Bijna overal deed ik wel wat gesnipperd spek overheen. Maar intussen is de Pasta Primavera een vast onderdeel van ons menu geworden en ook de kinderen zijn er dol op. De vegetarische variant is omgebouwd tot een veganistische door de slagroom te vervangen door sojaroom en de parmezaan door een frisse citroenpesto. Je maakt deze pasta met de groenten die je nog in je koelkast hebt liggen.
Ingrediënten:
400 gr. (volkoren) spaghetti
250 ml sojaroom
100 gr. sperzieboontjes, gesneden in stukken van 1,5 cm.
100 gr. diepvrieserwtjes
100 gr. verse bladspinazie
100 gr. champignons
Halve courgette
2 roma tomaten
1 bosuitje
1 citroen
50 gr. pijnboompitten
1 teen knoflook
½ bosje basilicum
½ bosje peterselie
1 blokje groentebouillon
olijfolie
Zout en peper
Bereiden:
Breng een grote pan met water aan de kook. Doe de stukjes sperzieboon erin en 2 minuten later de erwtjes erbij. Schep de boontjes en erwtjes er na een minuut uit met een schuimspaan en spoel ze koud af. Blancheer nu 30 seconden de spinazie in het kokende water. Bewaar het kookvocht om straks de pasta in te koken.
Snij nu de courgette in kleine blokjes en bak deze goudbruin in wat olijfolie. Schep ze uit de pan en bewaar bij de andere groente. Nu snijd je de champignons in vieren en bakt deze samen met de knoflook. Intussen kun je de tomaten en het bosuitje snijden.
Als de champignons bruin zijn, giet je de room erbij en schep je alle andere groenten in de pan. Maak op smaak met een half blokje groentebouillon en wat zout en peper (goed proeven, maak het niet te zout). Laat op een zacht vuur pruttelen en kook intussen de pasta al dente en maak de pesto.
De pesto maak je met de rasp van 1 citroen, 1 eetlepel citroensap, 3 eetlepels lekkere olijfolie, een snufje zeezout, de peterselie, basilicum en de helft van de pijnboompitjes (geroosterd).
Giet de pasta af, meng met de saus en serveer op de borden. Verdeel de pesto en de overgebleven pijnboompitjes en serveer met een blaadje basilicum.
Enjoy your Pasta Primavera!
Cécile
P.S. Het ontstaan van de Pasta Primavera is een leuk verhaal, hier verteld door de zoon van de bedenker en eigenaar van het beroemde restaurant ‘Le Cirque’ in New York.